Alle lof en dank komt alleen Allah toe, en vrede en zegeningen op de profeet Mohammed, zijn familie en zijn metgezellen.
Beste broeders en zusters, de imam spreekt vandaag over de hajj. Degenen die de heilige steden wel eens bezocht hebben, begrijpen het verlangen ernaar terug te keren. Ondanks dat de reis misschien gepaard ging met opofferingen en misschien zelfs ontberingen, is de zoetheid van een verblijf en een deelname aan de hajj een onbeschrijfelijke gebeurtenis. Allah swta geeft ons met de pelgrimage de kans een nieuwe start te maken, een andere weg in te slaan, ons te beseffen dat we één gemeenschap zijn waarbij afkomst, status of welvaart ondergeschikt is aan de staat van het hart. Het is een wonder dat al 1400 jaar gelovigen van over de hele wereld hun weg naar deze heilige plek weten te vinden, puur uit verlangen te zijn op de plaats waar de meest geliefde persoon allertijden, de boodschapper Mohammed saws, aan de basis stond van een geloof dat een groot deel van de mensheid zou verlichten.
De pelgrimage is echter niet ingesteld in de tijd van de profeet Mohammed saws. De profeet Ibrahim as werd opgedragen de hajj te initieren. Allah swta zegt in surah Ali Imran:
Er zijn duidelijke tekenen zoals: de standplaats van Ibraahiem. En wie Mekka binnentreedt is veilig. En het is de mensen verplicht gesteld om voor Allah de hadj naar het Huis te verrichten, voor wie in staat is om daarnaartoe te gaan. En wat betreft degene die niet gelooft, voorwaar, Allah heeft geen behoefte aan de werelden.
Allah swta heeft het ingesteld als plaats van reiniging, waar het geloof in 1 God, tawheed, gewaarborgd wordt. Hij zegt in surah Hajj:
En gedenk toen Wij voor Ibraahiem de plaats van het Huis (de Kacbah) bouwklaar maakten, zeggende: “Ken Mij niets als deelgenoot toe en reinig Mijn Huis voor degenen die de Tawaaf verrichten, en voor degenen die er staan, buigen en neerknielen in het gebed.
Tijdens de bouw van de Ka’aba riepen Abraham en zijn zoon Ismael rah hun heer aan het geloof bij hen en hun nakomelingen te beschermen. Zij zeiden
Onze Heer, maak ons tot degenen die zich onderwerpen aan U en maak van onze nakomelingen een gemeenschap die zich onderwerpt aan U. En toon ons onze rituelen en aanvaard ons berouw. Voorwaar, U bent de Meest Berouwaanvaardende, de Meest Genadevolle.
Wij zijn deze nakomelingen, de gemeenschap waarvoor Abaham en Ismael smeekten bij Allah swta. Wij zijn het die tot voorbeeld moeten strekken voor de gehele mensheid. Ons gedrag moet exemplarisch zijn en onze bereidheid de pelgrimage te willen verrichten moet respect afdwingen bij degenen die nog niet gelovigen. Laten we intentie maken de Hajj niet te willen uitstellen tot we ouder zijn, maar het zo snel mogelijk te verrichten. Het is een keerpunt in je leven, een keerpunt waar je hele wezen naar verlangt.